Participatie en weerstand: hoe ga je ermee om?

participatie en weerstand

Participatie en weerstand worden vaak in een adem genoemd. Door projectleiders gecombineerd met een diepe zucht omdat ze zich voor een onmogelijke taak zien staan om iets voor elkaar te krijgen waar veel weerstand tegen is. De voorbeelden van opgaven die weerstand oproepen tijdens het participatieproces zijn talrijk: windmolens, asielzoekerscentra, huisvesting van mensen met een psychische beperking, hoogbouw, een nieuwe weg of op een kleiner schaalniveau de komst van een voetbalkooi of jeugdhonk, het aanpassen van een verkeerssituatie of zelfs het plaatsen van een picknickbank. Ze roepen weerstand op en de zin ‘Jij wil dit ook niet in je achtertuin’ hebben veel initiatiefnemers al eens vanuit de zaal naar hun hoofd geslingerd gekregen. Overigens een begrijpelijke opmerking vanuit het perspectief van de bewoner.

Vragen die wij vaak krijgen van cursisten en opdrachtgevers zijn:

  • Er is veel weerstand al voordat ik begonnen ben met het participatieproces, wat moet ik nu doen?
  • Tijdens het participatieproces lijkt de weerstand alleen maar toe te nemen, hoe kan ik hiermee omgaan?
  • Door nimby-gedrag (not in my backyard) van enkele mensen is er zoveel weerstand ontstaan dat we niet meer goed in gesprek kunnen met de mensen die er anders over nadenken of meer gematigd zijn. Hoe ga ik ervoor zorgen dat niet alleen de mensen die weerstand hebben worden gehoord, maar ook de anderen?

Participatie en weerstand is een onderwerp waar veel over te doen is en wat voor de nodige slapeloze nachten kan zorgen.

In ons ‘Handboek bewonersparticipatie’ hebben we een hoofdstuk opgenomen dat heet ‘Omgaan met…’. Een van de onderwerpen daarbij is natuurlijk participatie en weerstand. Dit blog is een bewerking van dit gedeelte van het boek. Meer lezen over dit soort onderwerpen? Koop dan het boek.

Wat is weerstand?

Maar wat is weerstand nu eigenlijk? En is nimby zo eendimensionaal als het klinkt of zit het toch wat genuanceerder? Voordat je beter kunt worden in het omgaan met weerstand is het belangrijk om te weten wat weerstand is.

Weerstand is jouw beleving van het gedrag van de ander.

Een betrokkene bij een participatieproces zegt nooit zelf: ‘Ik zit in de weerstand’ of: ‘Ik vertoon nimby-gedrag’. Het is een label dat op hen wordt geplakt door initiatiefnemers, overheden en media. Eigenlijk hebben we het over mensen en organisaties die betrokken zijn, daarbij opkomen voor hun eigen belangen én zich zorgen maken. Dat klinkt toch heel anders dan het label ‘weerstand’.

Verschillende soorten weerstand bij bewonersparticipatie

Uit onderzoek van Populytics blijken er vier verschillende typen weerstand bij inwoners te zijn bij duurzame technologie zoals windmolens of een zonnepark. In de praktijk herkennen we deze vormen van weerstand bij diverse soorten projecten:

  • Het plan klopt niet, een betrokkene is tegen een plan vanwege inhoudelijke redenen.
  • De procedure klopt niet, een betrokkene is in principe niet tegen het plan, maar door een gebrekkige procedure slaat deze om naar weerstand.
  • Een nimby-reactie komt van een betrokkene die voorstander is van het opwekken van duurzame energie, maar wil geen windmolen in zijn directe omgeving.
  • Een niaby-reactie (‘not in any backyard’) komt van een betrokkene die tegen een ontwikkeling in het algemeen is en dus ook in zijn eigen buurt.

Betrokkenen kunnen meerdere van deze vormen van weerstand tegelijkertijd hebben. Overigens blijkt dat alleen een nimby-weerstand weinig voorkomt, de weerstand zit eerder op een van de andere drie typen.

Weerstand bij burgerparticipatie: in de bovenstroom én in de onderstroom

Weerstand is soms heel herkenbaar. Iedereen kent de beelden van de tractoren die snelwegen blokkeerden in 2022 omdat de boeren het niet eens zijn met de stikstofaanpak van het kabinet. Of de bewoner die vanuit achter in de zaal zijn commentaar naar de wethouder schreeuwt.

Weerstand kan zich subtieler uiten. Bijvoorbeeld door non-verbaal gedrag, continu interrumperen, discussies aangaan, over andere onderwerpen beginnen of zelfs door het geven van sociaal wenselijke antwoorden. Weerstand is dus niet alleen wat je ziet, want het kan zich in de onderstroom bevinden.

Wat voor invloed heeft weerstand op je participatieproces?

De invloed van weerstand op een participatieproces kan heel groot en ongrijpbaar zijn. Zeker als de weerstand zich verspreid via social media en actiegroepen en de traditionele media erop duikt. Voor je het weet ben je de grip op je participatieproces kwijt.

Soms is de weerstand kleiner en overzichtelijker, dan zijn het bijvoorbeeld enkele bewoners die tegen een plan zijn en blijft de weerstand beperkt tot die kleinere groep. Dan blijft de weerstand binnen het project en krijgt deze geen podium via social media en traditionele media. Het is dan minder lastig om grip op het proces te houden.

Participatie en weerstand, hoe ga je ermee om?

Als initiatiefnemer kun je weerstand bij participatie verergeren door je eigen gedrag. Denk aan het niet-inleven in de betrokkenen, niet luisteren, meteen willen overtuigen, met ongevraagde oplossingen komen, te snel gaan of een onduidelijk doel hebben. De kunst is juist om te ontdekken waarom die ander in de weerstand schiet. Wat is zijn belang? En is het mogelijk om er samen uit te komen? Dat lukt alleen als je naast elkaar gaat staan in plaats van tegenover elkaar.

Weerstand bij participatie inzichtelijk krijgen

Deze stappen helpen om weerstand inzichtelijk te krijgen en er dus beter mee om te gaan:

  1. Een goede voorbereiding. Maak een omgevingsanalyse, verdiep je in alle betrokkenen en ontdek zo waar mogelijk weerstand kan ontstaan. Dit doe je voor het participatieproces als geheel en in kleinere vorm ter voorbereiding van een gesprek.
  2. Benoemd dat je weerstand voelt. Hiermee nodig je de ander uit om hierop te reageren en aan te geven waar diegene vooral mee zit.
  3. Erkennen. Laat zowel verbaal als non-verbaal merken dat je begrijpt waarom de ander in de weerstand zit. Hierdoor voelt diegene zich gehoord en dat is een eerste stap bij het laten verminderen van weerstand. Wees hierin wel oprecht, anders kan het juist tegen je werken.
  4. Geef ruimte en luister. Laat eerst de ander praten en stel daarbij verduidelijkende vragen en vat samen. Dit helpt om de eerste emoties eruit te laten komen.
  5. Stel vragen over de bezwaren en geef uitleg. Pas bij deze stap is het tijd om het over de inhoud te hebben, te beginnen met het stellen van vragen en het geven van uitleg over zaken die niet duidelijk zijn of verkeerd zijn begrepen.

Omgaan met participatie en weerstand

Afhankelijk van de situatie zijn er daarna meerdere opties voor het omgaan met participatie en weerstand:

  • Meebewegen en kantelen. Hierbij geef je de ander gelijk en vergroot je de bezwaren uit en leg je een breder verband. Bijvoorbeeld: ‘We moeten inderdaad geen woningen in dit dorp bouwen, dan moeten de jongeren maar in de stad gaan wonen.’ Hierdoor til je het onderwerp op een ander niveau en ontstaat er beweging bij diegene die in de weerstand zit.
  • Parkeren. Ga op dit moment niet inhoudelijk op de bezwaren in, laat wel merken dat je ze hebt genoteerd en geef aan dat hier op een later moment op terug wordt gekomen. Benoem indien mogelijk dit moment zo concreet mogelijk. Dit kun je alleen doen als het geen zwaarwegende bezwaren zijn en je weet dat je er op korte termijn inhoudelijk wel op in kunt gaan.
  • Creëer draagvlak. Maak van de ander je bondgenoot en ga samen aan de slag om de weerstand te verminderen.
  • Profiteer van de weerstand. Als men weet hoe het beter of anders kan, laat het ze vertellen en onderzoek deze opties serieus.

Bij het omgaan met weerstand tijdens participatieprocessen is de rol van een bestuurder cruciaal. Staat deze krachtig en empathisch in de situatie of is het een bestuurder die met alle winden meewaait? We hoeven vast niet uit te leggen dat omgaan met participatie en weerstand erg lastig is als je te maken hebt met een zeer rechtlijnige of juist zwakke bestuurder.

Hulp nodig bij participatie en weerstand?

Het kan bij gevoelige processen handig zijn om een onafhankelijke professional in te schakelen om het participatieproces te begeleiden. Dat kan beperkt zijn tot het begeleiden van de bijeenkomsten als gespreksleider, maar je kunt ook het hele participatieproces (binnen kaders) uit handen geven. Door het betrekken van een onafhankelijke participatie-expert laat je aan bewoners zien dat je het proces serieus neemt. Zeker als er sprake is van een beperkt vertrouwen in de initiatiefnemer kan dit al veel kou uit de lucht halen.

Hulp nodig hierbij? Via ons participatiebureau ParticipatieKracht verzorgen we zowel strategisch advies als participatiemanagement. Ook ontzorgen we met onafhankelijke gespreksleiding tijdens bewonersbijeenkomsten.

Wil je zelf beter worden in een goede voorbereiding en uitvoering van participatieprocessen? Neem dan eens een kijkje bij onze workshops en trainingen op open inschrijving of kies samen met collega’s voor een incompany training op maat.